Het lijdensaltaar van de Sint-Jan als een middeleeuwse bijbel

Het lijdensaltaar was niet uniek toen het werd gemaakt: die waren er juist heel veel. De meeste mensen konden toen nog niet lezen. Maar wie het verhaal van Jezus wel kende kon een lijdensaltaar bekijken en zo nog steeds ‘meelezen’ met het verhaal van Christus.

Het lijdensaltaar van de Sint-Jan is nu uniek

Het lijdensaltaar in de Sint-Jan is gemaakt rond 1500 in Antwerpen. In deze tijd werden veel lijdensaltaren gemaakt.  We weten niet wie dit altaar heeft gemaakt. Maar we weten wel dat het uit Antwerpen komt. Dat is te zien aan de Antwerpse handjes die op verschillende plaatsen in het altaar zijn verwerkt.  Antwerpse handjes zijn het symbool van de stad. Vroeger waren er veel lijdensaltaren zoals deze, maar nu is die van de Sint-Jan uniek in Nederland. Tijdens de beeldenstormen en door vele kerkbranden in het land is het lijdensaltaar van de Sint-Jan het enige uit dezelfde periode dat nog helemaal bewaard is gebleven.

Het lijdensaltaar vertelt belangrijke Bijbelverhalen

Het lijdensaltaar is een drieluik, dat open en dicht gedaan kan worden. Zowel open als gesloten laat het lijdensaltaar belangrijke momenten uit de Bijbel zien.  Tijdens de veertigdagentijd- de vastentijd- zijn de luiken dicht. Dan zie je de drievoudige bekoring van Christus in de woestijn, de bruiloft van Kana en de opwekking van Lazarus.

Het verhaal van Christus in schilderijen en beelden verteld

Als je weet hoe je het moet lezen, is het lijdensaltaar het verhaal van Jezus in het klein. Links onderin is Zijn kindertijd te zien. Het verhaal begint bij de aankondiging van Zijn geboorte, het bezoek van Maria aan haar nicht Elisabeth en Jezus’ geboorte. Dan volgt de Aanbidding van de koningen en de vlucht naar Egypte. Jezus’ kindertijd wordt in het altaar afgesloten met een afbeelding van Hem als kleuter, samen met Zijn ouders, als symbool voor de Heilige Familie.

Het lijden van Christus staat op de linker zijpanelen en in het midden van het lijdensaltaar

Het lijden van Jezus is op het lijdensaltaar te zien met afbeeldingen van de Intocht in Jeruzalem, de Hof van Olijven en Zijn gevangenneming. Ook zie je in het beeldsnijwerk de Kruisdraging, met de Geseling en de Doornenkroning. Omdat de kruisiging van Jezus de bekendste en belangrijkste beeltenis is in het Christelijke geloof, staat die in het midden afgebeeld.
Voor de mensen die rond 1500 leefden, was het lijden van Christus erg belangrijk voor de geloofsbeleving. Dat kreeg samen met het medelijden van Zijn moeder veel nadruk. Deze lijdensgeschiedenis werd toen jaarlijks in iedere grote stad uitgebreid nagespeeld.

Jezus’ verhaal krijgt een einde in de rechterlijst

Bovenin het rechterluik is de  Kruisafname van Jezus te zien, waarna Hij in de rechterhollijst neerdaalt in de hel. Het dubbele rechter zijluik sluit het verhaal af met de Verrijzenis en Hemelvaart.

De zeven sacramenten staan in het midden, naast de kruisiging van Jezus

De zeven sacramenten in het katholieke geloof zijn: doop, vormsel, eucharistie, biecht, ziekenzalving,  huwelijk en priesterwijding. Ze laten verschillende manieren en fases van de geloofsreis en toewijding aan God zien. Omdat ze zo belangrijk zijn in het uitoefenen van geloof, staan ze in het midden, bij de zeer belangrijke kruisiging van Jezus afgebeeld.

Het lijdensaltaar als hulpmiddel voor devotie

Het lijdensaltaar was bedoeld om het verhaal van Jezus aan iedereen te laten zien. Maar voor een kerk vol gelovigen is het lijdensaltaar wel erg klein. Achterin de kerk zou je er niets van zien.
Tot aan de jaren ‘60 van de vorige eeuw was de mis anders dan nu. Elke priester moest iedere dag zelf de mis opdragen en in een kerk waren er dan ook vele altaren. De gelovigen konden zich bij een van de missen aansluiten. Een priester deed de mis ook voor een lijdensaltaar.
In deze tijd konden veel mensen niet lezen. De afbeeldingen op een lijdensaltaar waren daarom ook een handig hulpmiddel voor persoonlijke devotie. Ze herinneren aan een aantal belangrijkste gebeurtenissen uit de Bijbel.

Er konden tientallen priesters tegelijk de mis doen

Er stonden altaren bij bijna elke pilaar in een kerk en vaak ook in de straalkapellen van de kooromgang en het hoofdkoor. Het was dus niet zo moeilijk om te luisteren naar priester die de mis deed.  Maar om met veel mensen tegelijk een mis deel te nemen, was niet nodig. Om een idee te krijgen van de drukte: in 1521 waren er ongeveer 120 priesters aangesloten bij de dom van Straatsburg. De Sint-Jan zelf had begin vijftiende eeuw 37 altaren en rond 1550 zelfs 49.  Stel je eens voor dat er tientallen mensen bij elk van die priesters zouden staan. Je zou de hele tijd tegen mensen opbotsen!